Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word vreugde

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
jubilation
(blijheid; verheugenis; verheuging)
gladness
;
vreugde scheppen in
be delighted with
(juichkreet)
whoop
🔗 Toen draaide hij zich om, en keek naar de plek vanwaar zij gekomen waren en uitte een schorre vreugdekreet toen zijn oog op een poel stilstaand water viel.
cheerless
🔗 Nestor uitte een droge, vreugdeloze lach.
radiant
🔗 Als de nacht vier, waren er dan vreugdevuren en gezang.

DutchEnglish
vreugde gladness; joy; rejoicing; rejoicings
vreugde scheppen in enjoy
feestvreugde festivity; merrymaking; revelry; festive joy
levensvreugde joy of life; delight in life
oudervreugde parental joy; parental bliss
vreugdebetoon rejoicings
vreugdedag day of rejoicing
vreugdedronken drunk with joy; elated with joy
vreugdekreet shout of joy; cry of joy
vreugdeloos joyless; cheerless
vreugdetranen tears of joy
vreugdevol joyful; joyous
vreugdevuur balefire; bonfire
vreugdezang song of joy