Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word verenigbaar

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
verenigbaar
reconcilable
akordigebla
incompatible
;
irreconcilable
neakordigebla
(aaneenvoegen; bijeenbrengen; in elkaar zetten); ;
combine
;
🔗 Nu verenigen we het nuttige met het aangename.
; ;
unify

DutchEnglish
verenigbaar combinable; compatible; consistent; consonant; reconcilable
verenigbaar met consistent with; compatible with; consonant with
onverenigbaar discrepant; incompatible; incongruous; inconsistent; irreconcilable; not to be united
verenigen aggregate; ally; associate; band; combine; compound; confederate; conjoin; connect; consolidate; couple; embody; get together; incorporate; join; join up; knit; link; link up; mate; pair; pool; rally; unify; unite; collect