Dutch–English dictionary
English translation of the Dutch word ontvangen
Dutch | English (translated indirectly) | Esperanto |
---|---|---|
enspezi | ||
🔗 Ook president Donald Trump ontving tientallen miljoenen van de NRA. | ||
(concipiëren) | ||
(bekomen; genieten; krijgen) | ||
🔗 De Britten ontvingen geen versterkingen. | ||
(aannemen; aanvaarden; ingaan op; in ontvangst nemen; nemen) | ||
🔗 Ontvangt Siggeir op deze wijze zijn gasten? | ||
(kwitantie; ontvangstbewijs; reçu) | receipt | |
(belastinggaarder; belastinginner) | tax collector | |
(ontvangtoestel) | receiver | |
consignee ; | ||
reception room | ||
🔗 Als u op zijn terugkomst wilt wachten, staat de ontvangkamer te uwer beschikking. | ||
(ontvangkamer) | reception room ; reception‐room | |
🔗 De detective bracht hem naar de ontvangsalon, waarvan de ramen wijdopen stonden. | ||
radio receiver | ||
(ontvanger) | receiver | |
(gevoelig; receptief; vatbaar) | impressible ; impressionable ; sensitive | |
(gevoelig; receptief) | impressible ; impressionable ; sensitive | |
(terughebben; terugkrijgen; recupereren) | get back | |
🔗 Slaag ik niet, dan ontvangt elk een hele kroon terug. | ||
(beetkrijgen; opvangen; pakken; vatten) | ; captivate ; ; | |
🔗 Ik beveel u dat ene schip te vangen. | ||
(pakken; betrappen) | ; | |
🔗 Hij gaat liever vlinders vangen op de heide! |
Dutch | English |
---|---|
ontvangen | conceive; entertain; meet; receipt; receive; see; take; take delivery of; take in |
hij werd warm ontvangen | he was given a warm reception |
met open armen ontvangen | receive with open arms |
op rekening ontvangen | receive on account |
ontvangbewijs | receipt |
ontvanger | acceptor; balloon; collector; receiver; recipient; consignee; tax collector |
ontvangkamer | drawing‐room; parlour; presence‐chamber; presence‐room; reception room; salon |
ontvangstation | receiving‐station |
ontvangtoestel | receiver; receiving‐set |
ontvankelijk | accessible; amenable; passible; receptive; responsive; susceptible |
vangen | bag; captivate; capture; catch; entrap; nab; net; noose; trap; rope in; take; trip |