Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word midden‐

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
midden‐
(middelbaar; middelste)
;
; ;
🔗 In het midden reed er een die Tarzan herkende.
(te midden van); ;
in the middle of
; ; ;
intersperse
🔗 „Maar we kunnen het niet laten”, bracht de stuurman zorgelijk in het midden.
(in het midden van; medio; midden; te midden van)
in the middle of
🔗 De stad lag midden in de woestijn.
(midden); ; ; ;
🔗 De toren stond te midden van wuivende, exotische bomen in een tuin die hoog boven de stad was aangelegd.
middle classes
(diafragma)
midriff
;
diaphragm
(spil);

DutchEnglish
midden‐ central; centre; medial; median; mid; middle
midden medium; middle; midst; centre
het in het midden laten leave it as it is
het midden houden tussen be midway between; be something between
hij is niet meer in ons midden he is no longer in our midst
iemand uit ons midden one from our own number; one of ourselves
iets in het midden laten give no opinion on something; leave something an open question
in het midden brengen interpose; put forward
midden in in the middle of
te midden van amid; amidst; among; amongst; in the midst of; mid; midst
uit hun midden from among themselves
doormidden asunder; in halves; in half; in two; across
middenberm central reservation; median strip; centre strip
middendoor down the middle; in two; across
middengolf medium wave
middenin in the middle
middenklasse middle class; mid range
middenlijn centre line
middenpad gangway; aisle; central path
middenrif diaphragm; midriff; skirt
middenschip nave
middenschot partition
middensoort medium
middenspel middle game
middenspeler centre; half; half‐back
middenstand middle class; middle classes; tradespeople; shopkeepers
middenstip centre spot
middenstuk centrepiece
middenveld infield; midfield; midfielders; midfield players
middenweg mean; medium; middle course; middle way