Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word meedoen

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
(deelnemen; deelnemen aan)
participate
; ;
🔗 Hoe doet u mee?
(handelen; optreden; te werk gaan; handelen)
(laten; maken)
🔗 Een nieuw geluid deed hem opschrikken.
(plaatsen; steken; stoppen; zetten)
🔗 Die gaf zijn gevangenen nog goed te eten, al deed hij wat veel knoflook in de soep.
(indienen; optreden; spelen; voorstellen; brengen)
constitute
; ; ; ; ; ;
reenact
; ;
represent
; ; ;
serve up
🔗 Nu zal ik jullie een voorstel doen.
(maken);
formation
;
making
;
manifacture
;
; ; ;
make clean
;
purge
;
🔗 Ze ging zitten voor een enorme toilettafel en begon haar haar te doen.
(begaan; maken; uithalen; uitrichten; verrichten; uitvoeren);
🔗 Wat nu te doen?
;
🔗 Hij deed alsof hij steeds dover werd en binnen de kortste keren hadden ze geen gesprekken meer.
(toebrengen; aandoen; stellen; afsluiten; sluiten);
🔗 Wil jij mij de eer doen om met me te trouwen?
🔗 We moeten niet praten, maar doen.
(nemen)
🔗 Marino moet zijn plicht doen en de waarheid vertellen.

DutchEnglish
meedoenchip in; come in; come into; contract in; enlist; join; play; play along; play ball; take part
daar doe ik niet aan meeI will be no party to that
doe je mee?will you make one?
ik doe meeI’m on; count me in
ik doe niet meecount me out
meedoen aanbe a party to; be in on; get in on; go in for; join; take part in; sit in on
doencommand; conduct; do; give; make; put; sound; transact; send; take; work; be worth; be; fetch; act; doings