Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word koper

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
;
purchaser
🔗 Het klakkeloos opvolgen van de adviezen van een financieel tussenpersoon, van wie je weet dat hij meer verdient als hij je een zo hoog mogelijke hypotheek aanpraat, mag een koper alleen zichzelf aanrekenen.
(afnemer);
purchaser
(roodkoper)
🔗 Het blad lag vol kaarten en vreemde instrumenten van koper en kristal.
(messing)
coppery
kupreca
copper‐ore
verdigris
🔗 Het leek mij dat het voetstuk van brons was en dik bedekt met kopergroen.
;
coppery
(azuriet)
azurite
🔗 Ik heb verder geen koperstuk om uit te geven.
(koper)

DutchEnglish
koper buyer; copper; purchaser; vendee
het koper the brass
bladkoper sheet‐copper
geelkoper brass
houtkoper lumberman; timber‐merchant
koperachtig brassy; coppery
koperdraad copper‐wire; brass wire
koperdruk copperplate printing; photogravure
kopererts copper‐ore
kopergeld coppers; copper coin
kopergieterij brass foundry
kopergravure copperplate
kopergroen verdigris
koperhoudend coppery; containing copper; cupreous
koperkleurig brassy; copper‐coloured; brass‐coloured
koperkop copperhead
kopermijn copper‐mine
koperplaat copperplate
koperpoets copper polish; brass polish
koperslager copper‐smith; brazier
koperslak copper slag
kopersulfaat coppersulphate
kopervitriool blue vitriol
koperwerk brassware
paardenkoper coper; horse‐coper
roodkoper copper
verkoperen copper; sheathe; sheathe with copper
voddenkoper dealer in rags