Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word kinderzorg

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
;
infant
;
🔗 Heb ik je als kind te veel geslagen?
(koter)
🔗 Het huis en het omvangrijke fortuin dat mijn vader nagelaten moest hebben, waren mijn erfdeel, want ik was enig kind, net als hij.
(bezorgdheid)
concern
;
🔗 Men laat mij met mijn zorgen alleen.
🔗 Aan de afbeeldingen is wederom de grootst mogelijke zorg besteed.

DutchEnglish
kinderzorgchild‐welfare; infant welfare
kindbaby; bairn; chick; child; infant; kid; babe; little one
zorgattendance; care; charge; concern; cure; custody; distress; headache; preoccupation; regard; trouble; solicitude