Dutch–English dictionary
English translation of the Dutch word in elkaar zetten
Dutch | English (translated indirectly) | Esperanto |
---|---|---|
(aaneenvoegen; bijeenbrengen; verenigen) | assemble | |
🔗 Het monster van Frankenstein had hier in elkaar gezet kunnen worden. | ||
(elkander; mekaar; malkander) | ; | |
🔗 Wij houden van elkaar. |
Dutch | English |
---|---|
in elkaar zetten | ⇆ assemble; ⇆ compound; ⇆ get up; ⇆ put together; ⇆ rig; ⇆ run up; ⇆ stage; ⇆ stage‐manage |
elkaar | ⇆ each other; ⇆ one another |