Dutch–English dictionary
English translation of the Dutch word ervoor
| Dutch | English (translated indirectly) | Esperanto |
|---|---|---|
| (aldaar; daar) | ||
🔗 Zijn er meisjes? | ||
| (aan; bij; naar; op; tegen; tot; naar … toe) | ; ; ; ; | |
🔗 Het publiek voelde veel sympathie voor haar. | ||
| (geleden) | ; ; ; ; | |
🔗 Dat was een schot voor open doel. | ||
| (aleer; alvorens; eer; vooraleer; voordat) | ; previous to | |
🔗 Denk dus wel na vóór u begint. | ||
| (aan; door; met; om; uit; van; vanwege; wegens) | ; ; ; ; | |
🔗 Moet ik dan betalen voor mijn goede daden? | ||
| (groef; rimpel; vore) | furrow | |
🔗 Het zaad ligt in de voren, de oogst zal ongetwijfeld mooi zijn. | ||
| (aan; jegens; met; om; op; te; tot; bij) | ; ; | |
🔗 In 2020 ging het land ook al bankroet, voor de tweede keer in nog geen twintig jaar. | ||
| (om; op; ten behoeve van; ter wille van) | ; | |
🔗 Kun jij die voor ons krijgen? | ||
| (binnen; tot; tot aan; naar; tot op) | ||
| (aan; jegens; met; tegen; tegenover; op) | ; | |
🔗 En niemand is er immuun voor. | ||
| (aan; in; met; naar; omtrent; op; over; van) | ; ; | |
🔗 Maak een uitzondering voor hoogopgeleiden. | ||
| Dutch | English |
|---|---|
| ervoor | before it; for it; in favour of it; in front; in front of it |
| ervoor zijn | be in favour of it; be for it |
| ervoor zorgen dat | make sure of; make sure that; see to it that |
| het staat ervoor | it’s there for the taking |
| er | there |
| voor | afore; ahead; ahead of; at; before; by; chase; ere; for; furrow; in advance of; in consideration of; in return for; in the case of; previous to; prior to; pro; to; toward; towards; unto; this side of; in front of; in the way of; off; ago; from; in favour of; in the cause of; in; in front; fast |