Dutch–English dictionary
English translation of the Dutch word een ieder
Dutch | English (translated indirectly) | Esperanto |
---|---|---|
(ieder; iedereen; een iegelijk; elkeen) | ; | |
🔗 Aangezien Cugel nog niet vertrouwd is met de dagelijkse gang van zaken, verzoek ik een ieder hem een kameraadschappelijke hand te reiken en hem bij te brengen wat hij dient te weten. | ||
(elk) | ; | |
🔗 Ze hadden ieder slechts één deken meegenomen. | ||
(al; elk; alle) | ||
🔗 Daartussen mag ieder willekeurig teken voorkomen. | ||
(elk; iedereen; een ieder; een iegelijk; elkeen) | ; | |
🔗 Ieder vroeg zich af waar de bruid bleef. |
Dutch | English |
---|---|
een ieder | ⇆ anybody; ⇆ anyone; ⇆ everybody; ⇆ everyone |
ieder | ⇆ all; ⇆ any; ⇆ each; ⇆ every; ⇆ everyone; ⇆ everybody; ⇆ each one; ⇆ anyone; ⇆ anybody |