Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word dringen

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
(douwen; duwen);
🔗 Een lange Australiër drong zich naar voren.
(drukken; knellen; persen; pressen);
squeeze
puŝadi
🔗 De menigte begon te dringen en te mompelen en overal werden halzen gerekt.
(jachten; urgent zijn)
urĝi
permeate
(erop staan)
🔗 Ik kon niet aandringen zonder argwaan te wekken.
(aandrang)
insistence
🔗 Daarom heb ik na lang aandringen de benoeming aangenomen.
force back
puŝi malantaŭen
🔗 We werden dus stap voor stap achteruitgedrongen en stonden ten slotte tegen de reusachtige boom die we voor onze beklimming hadden uitgekozen.
(doordríngen; doorstóten; dóórdringen);
pierce
(indringen)
enpenetri
🔗 Hij behoorde tot degenen die het huis waren binnengedrongen.
(binnendringen; doordríngen)
🔗 Maar toen dit daarna tot mij doordrong, kende mijn verbazing geen grenzen.
insistent
(brandend; spoedeisend; urgent)
pressing
;
🔗 Het was inderdaad nogal dringend.
(urgent)
urgently
urĝe
🔗 Ik moet hem dringend spreken.
(binnendringen)
enpenetri
(ineendrukken; samendrukken; samenknijpen; samennijpen); ;
compress
;
constrict
; ;
squeeze
kunpremi
;
coerce
; ; ;
🔗 Wat mij betreft mogen mensen geloven waarin ze willen, maar dring dat niet aan anderen op.
repulse
;
repress
🔗 VVN heeft nog enkele andere suggesties om het aantal verkeersdoden terug te dringen.
(wegduwen)
repel
;
repulse
;
repress
(verdringen; verduwen; wegduwen; wegstoten; afduwen)
repel
;
repulse
;

DutchEnglish
dringencrowd; edge; elbow; force; force one’s way; hustle; jostle; permeate; press; push; shoulder; squash; squeeze; throng; thrust
de tijd dringttime presses
dringen doorpermeate through; pierce; penetrate; force one’s way through; push one’s way through
aandringenimportune; importunity; insist; insistence; press; press the matter; press the point; pressing; pursue one’s point
achteruitdringenforce back
binnendringencrush into; encroachment; enter; ingress; inrush; intrusion; invasion; irruption; penetrate; penetration; pierce; invade; force one’s way into
dóórdringenooze; penetrate
dringendburning; cogent; crying; exigent; insistent; pressing; pressingly; urgent; rush
gedrangcram; crowd; crush; hustle; jam; jostle; press; throng; squash; scramble
indringeninsinuation; invade; obtrude; penetration; penetrate; enter by force; wedge in
opdringenforce upon; obtrude; ply with; press; press ahead; press on; throng; press forward; thrust upon; foist
terugdringendrive off; fight back; force back; push back; drive back; repel
uitdringenpush out; crowd out
verdringencrowd out; cut out; displace; drive out; hustle; oust; repress; supersede; supplant; swamp; push away; jostle