Dutch–English dictionary
English translation of the Dutch word dingen
Dutch | English (translated indirectly) | Esperanto |
---|---|---|
(spullen) | things | aĵoj |
🔗 Bekijk die dingen en ga na of er iets ontbreekt! | ||
(afdingen; afpingelen; marchanderen; pingelen; sjacheren) | bargain ; haggle | |
aspire | ||
(ambiëren; streven naar) | aspire to | |
🔗 Visbhume, leerling van de kortelings overleden Hippolito, dong naar eenzelfde betrekking bij de tovenaar Tamurello, doch werd door deze niet aangenomen. | ||
(afpingelen; dingen; marchanderen; pingelen; sjacheren) | bargain ; haggle | |
🔗 Hij dong niet af. | ||
(conditioneren; stipuleren) | ; stipulate | |
🔗 Welke prijs dacht je te bedingen? | ||
(zaak) | ||
🔗 Maar één ding wist hij nu al. | ||
(object; voorwerp) | ||
🔗 En weet ge wat van dit ding? | ||
thingamajig ; thingummyjig ; whatchamacallit | ||
(voorwerp) | ||
🔗 Hoe komt dat ding nou hier? | ||
(concurreren; meedingen; wedijveren) | ||
(concurreren; mededingen; wedijveren) |
Dutch | English |
---|---|
dingen | aspire; bargain; chaffer; doodah; haggle; higgle; things |
dingen naar | aspire after; aspire at; aspire to; make a bid for; pretend to; woo; compete for; try to obtain |
afdingen | bargain; beat down; cheapen; dicker; haggle; huckster; knock down; chaffer; beat down the price |
bedingen | bargain for; condition; stipulate; stipulate for; obtain |
ding | affair; chit; contraption; contrivance; drill; thing |
mededingen | compete |
meedingen | compete |