Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word aanwinnen

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
(uitgraven)
dig up
;
excavate
;
grub
;
exhume
🔗 De stenen winnen is geen licht werk.
(behalen);
🔗 Wie niet waagt die niet wint.
;
🔗 De heer Fogg ging zijn leven wagen, of minstens zijn vrijheid en daardoor ook de kans op het winnen van de weddenschap.
🔗 Als Biden Pennsylvania wint, is hij de volgende president van de Verenigde Staten.
;
🔗 U won natuurlijk?

DutchEnglish
aanwinnenreclaim
winnenbring in; enlist; gain; hit the jackpot; mine; win