Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word aanknopen

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
tie on
kunigi node
(dichtbinden; vastknopen)
tie up
nodligi
🔗 In zijn ene hand hield de monnik zijn zware partizaan, in de andere een touw, dat om de nek van de onfortuinlijke Isaac van York was geknoopt.
nodi

DutchEnglish
aanknopenenter into; establish; tie onto
aanknopen bijgo on from
een gesprek aanknopen metenter into conversation with
onderhandelingen aanknopenenter into negotiations; open negotiations
relaties aanknopen metenter into relations with
weer aanknopenrenew; resume
knopenbutton; button up; knit; knot; net; noose; tie; make