Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word aangezichtspijn

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
(facialgie)
face‐ache
;
tic douloureux
vizaĝa neŭralgio
🔗 Wanneer een tumor de oorzaak is van aangezichtspijn, is de behandeling operatief.
(aanschijn; gelaat; gezicht; toet)
🔗 Hoe lang ik, met het parelende zweet der vermoeidheid op het aangezicht, had gedraafd, dit weet ik niet.
;
🔗 Ik heb pijn aan m’n been.
(den; denneboom; mastboom; pijnboom; greneboom);
🔗 Het rode avondlicht glijdt over de hoge pijnen als ik een open plek bereik met buntgras en heide.

DutchEnglish
aangezichtspijnface‐ache; face‐ague; tic douloureux
aangezichtcountenance; face
pijnache; aching; anguish; dolour; pain; pang; pine; pine‐tree