Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word aalvork

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
(aalgeer; aalschaar; aalspeer; aalsteker)
eelspear
(paling)
eel
🔗 „Hier heb je nu het meer,” riep James Starr uit, „dat men terecht met een grote aal vergeleken heeft!”
elver
juna angilo
(gier)
liquid manure
🔗 Daarom werd het vlees alleen met lange vorken aangeraakt.

DutchEnglish
aalale; eel; elver; liquid manure
vorkbifurcation; fork; prong