Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word Schots

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
Scottish
skota
🔗 Ben jij van Schotse afkomst?
randomly
;
untidily
senorde
🔗 Overal waren de stenen gescheurd en lagen ze schots en scheef door elkaar.
🔗 Ze is bij ons gekomen toen wij in Schotland waren.
Scotswoman
🔗 Bent u een Schotse, juffrouw Buckley?

DutchEnglish
schots floe
Schots Caledonian; Scotch; Scots; Scottish
schots en scheef higgledy‐piggledly; higgledy‐piggledy
Schotse terriër scottie
ijsschots flake of ice; floe; ice‐floe; floe of ice
Schotland Scotland; Caledonia
Schotse Scotchwoman; Scotswoman