Informatie over het woord moment (Nederlands → Esperanto: momento)

Synoniemen: ogenblik, oogwenk, tel, tijdstip, wip

Woordsoortzelfstandig naamwoord
Uitspraak/moˈmɛnt/
Afbrekingmo·ment
Geslachtonzijdig
Meervoudmomenten

Verkleinwoord
EnkelvoudMeervoud
momentjemomentjes

Voorbeelden van gebruik

De witte ridder aarzelde geen moment.
Op dat moment klonk er een luide slag.
Verder kwam hij niet, want op dat moment stapte commissaris Bas de tuin binnen.
Op dit moment dreigt er geen dringend gevaar voor de NAVO‐landen.
Maar hij zag aan Flaggs gezicht dat dit niet het moment was om over vleermuizen te beginnen.
Is het nu niet het moment om in het reine te komen met uzelf en de wereld?
Ik geloof niet dat het nu het juiste moment is om…

Vertalingen

Afrikaansoomblik
Albaneesmoment
Catalaansestona; moment
Deensøjeblik
DuitsAugenblick; Moment
Engelsinstant; moment
Esperantomomento
Faeröersbil; lítil løta
Finshetki
Fransinstant; moment
Hongaarspillanat
LuxemburgsMoment
Papiamentsinstante; momento; momentu
Poolschwila; moment
Portugeesinstante; momento
Roemeensmoment
SaterfriesMoment; Ogenblik; Oogensleek; Sät
Spaansinstante; momentito; momento
Srananyuruten
Thaisขณะ; เดี๋ยว
Tsjechischchvíle; moment; okamžik
Turksan
Westerlauwers Friesamerij; stuit
Zweedsmomang; moment; ögonblick