Informatie over het woord ekscitiĝi

Woordsoortwerkwoord
Afbrekingek·scit·iĝ·i

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdekscitiĝas
Verleden tijdekscitiĝis
Toekomende tijdekscitiĝos
 
Voorwaardelijke wijs
ekscitiĝus
 
Gebiedende wijs
ekscitiĝu

Actieve deelwoorden
Tegenwoordige tijdekscitiĝanta
Verleden tijdekscitiĝinta
Toekomende tijdekscitiĝonta

Vertalingen

Duitssich erregen; sich aufregen; erregt werden; in Hitze geraten; sich ereifern
Fransse déchaîner
Nederlandsopgewonden raken; zich opwinden; zich druk maken
Portugeesexcitar‐se; inflamar‐se