Informatie over het woord mast (Nederlands → Esperanto: masto)

Woordsoortzelfstandig naamwoord
Uitspraak/mɑst/
Afbrekingmast
Geslachtmanlijk
Meervoudmasten

Voorbeelden van gebruik

Ze hebben een touw gespannen van de mast van het jacht naar een palmboom op de kust.
De masten gingen omlaag en om kwart over twaalf werden de motoren gestart.
Eerste stuurman Strok en twaalf bemanningsleden werden deels overboord geworpen deels door neervallende masten verpletterd.

Vertalingen

Afrikaansmas
Catalaansarbre; pal
Deensmast
DuitsMast
Engelsmast
Engels (Oudengels)mæst
Esperantomasto
Faeröersmastur
Fransmât
IJslandssiglutré
Italiaansalbero
Papiamentsmast; master
Portugeesmastro; pau
SaterfriesMäst
Schots-Gaelischcrann
Spaansárbol; mástil; palo
Srananmasi
Tsjechischstěžeň; stožár
Westerlauwers Friesmêst
Zweedsmast