Synoniemen: aaneen, bijeen, ineen, tezamen, bij elkaar, saam, bij elkander, gezamenlijk
Woordsoort | bijwoord |
---|
Uitspraak | /ˈsamə(n)/ |
---|
Afbreking | sa·men |
---|
Het volgende voorbeeld toont hoe de hierboven besproken attributen heel goed samen te gebruiken zijn.
Zo gingen ze samen het bos in en kwamen bij een moeras.
Zowel VVD‐leider Mark Rutte als Diederik Samsom van de PvdA wil dat eerst wordt onderzocht of zij samen een kabinet kunnen vormen.
Éomer en Aragorn stonden samen op de Dieptemuur.
Wie had Charles en Allen ooit samen gezien?