Informatie over het woord koek (Nederlands → Esperanto: kompaktaĵo)

Woordsoortzelfstandig naamwoord
Uitspraak/kuk/
Afbrekingkoek
Geslachtmanlijk

Voorbeelden van gebruik

Het was een pastei, die eens smakelijk en licht gekruid was geweest, doch die nu als een zwarte en stinkende koek door de herfstlucht vloog om met een klap op het hoofd van heer Bommel te belanden.

Vertalingen

Esperantokompaktaĵo