Informatie over het woord kraag (Nederlands → Esperanto: kolumo)

Synoniemen: boord, halsboord

Woordsoortzelfstandig naamwoord
Uitspraak/krax/
Afbrekingkraag
Geslachtmanlijk
Meervoudkragen

Verkleinwoord
EnkelvoudMeervoud
kraagjekraagjes

Voorbeelden van gebruik

Daarna zette hij zijn kraag op, stak zijn handen in zijn zakken en stak schuin over naar de politiewagen.
Hij zette de kraag van zijn jasje op en hurkend in het reeds doorweekte gras maakte hij het zich zo gemakkelijk als de omstandigheden het toelieten.
Ze greep hem aan de kraag van zijn regenjas vast.

Vertalingen

Albaneesjakë
Catalaanscoll
Deensflip
DuitsKragen
Engelscollar
Esperantokolumo
Faeröersflippa
Franscol; faux‐col
Hongaarsgallér
IJslandskragi
Noorskrage; snipp
Papiamentskrag; kueyo
Portugeescolarinho
Russischворотник
SaterfriesKroage
Spaanscuello
Tsjechischlímeček; límec
Westerlauwers Frieskraach
Zweedskrage