Informatie over het woord ploert (Nederlands → Esperanto: kanajlo)

Synoniemen: loeder, rotzak, schoelje, schoft, zwijnjak, kanalje

Woordsoortzelfstandig naamwoord
Uitspraak/pluːrt/
Afbrekingploert
Geslachtmanlijk
Meervoudploerten

Voorbeelden van gebruik

Alleen had die ploert uit New York weg moeten blijven, verdomme!
Ik heb in Brielle naast een man gezeten die onomwonden te kennen gaf de spreker een ploert te vinden.

Vertalingen

Catalaanscanalla
DuitsBandit; Canaille; Kanaille; Schuft; Schurke; Halunke; Lump
Engelscad
Esperantokanajlo
Faeröersbartrog
Franscanaille; gredin; voyou
Portugeesbiltre; canalha; traste
SaterfriesGaudäif; Kloon; Skuft; Spitsbouch
Spaanscanalla; granuja