Information du mot prikkelbaar (néerlandais → espéranto: incitiĝema)

Synonymes: gevoelig, kregelig, lichtgeraakt

Parti du discoursadjectif
Prononciation/ˈprɪkəlbaːr/
Césureprik·kel·baar

Degrés de comparaison

Positifprikkelbaar
Comparatifprikkelbaarder
Superlatifprikkelbaarst

Déclinaison

 PositifComparatifSuperlatif
Prédicatifprikkelbaarprikkelbaarder(het) prikkelbaarst, (het) prikkelbaarste
AttributifIndéfiniPluriel masculin et fémininprikkelbareprikkelbaardereprikkelbaarste
Singulier neutreprikkelbaarprikkelbaarderprikkelbaarst
Plurielprikkelbareprikkelbaardereprikkelbaarste
Définiprikkelbareprikkelbaardereprikkelbaarste
Partitifprikkelbaarsprikkelbaarders 

Exemples d’usage

Nu, met redelijke vooruitzichten op een terugkeer naar huis, was ze prikkelbaar geworden.
Zoals altijd in de zaaitijd of de oogsttijd was Jon Wessel slecht gehumeurd en prikkelbaar.

Traductions

allemandreizbar; leicht aufgebracht
espérantoincitiĝema; incitebla
françaissusceptible