Informo pri la vorto bom (nederlanda → esperanto: bombo)

Vortspecosubstantivo
Prononco/bɔm/
Dividobom
Genrohistorie ina, nuntempe ankaŭ vira
Pluralobommen

Diminutivo
SingularoPluralo
bommetjebommetjes

Uzekzemploj

Er ontploften nog meer bommen.
Het vliegtuig moest van de Witrussische autoriteiten uitwijken en werd tot landen gedwongen in Minsk, omdat er een bom aan boord zou zijn.
Met zijn revolver in zijn rechterhand en de bom in zijn linker wachtte hij tot de boot onder de brug was.
Die bommen zijn bestemd voor bombardementen op Londen.
Het onderzoek is onderdeel van een grootschalig onderzoek waarbij vorige week al grote bommen werden gevonden.

Tradukoj

afrikansobom
anglabomb
ĉeĥabomba; puma
danabombe
esperantobombo
finnapommi
francabombe
germanaBombe
grekaβόμβα
hispanabomba
hungarabomba
islandasprengikúla; sprengja
italabomba
katalunabomba
kimrabom
norvegabombe
papiamentobòm
polabomba
portugalabomba
rumanabombă
rusaбомба
saterlanda frizonaBombe
svahilobomu; kombora
svedabomb
tagalogabomba
turkabomba