Informatie over het woord doodvallen (Nederlands → Esperanto: fali morta)

Woordsoortwerkwoord
Uitspraak/ˈdotfɑlə(n)/
Afbrekingdood·val·len

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(ik) val dood(ik) viel dood
(jij) valt dood(jij) viel dood
(hij) valt dood(hij) viel dood
(wij) vallen dood(wij) vielen dood
(jullie) vallen dood(jullie) vielen dood
(gij) valt dood(gij) vielt dood
(zij) vallen dood(zij) vielen dood
Aanvoegende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(dat ik) doodvalle(dat ik) doodviele
(dat jij) doodvalle(dat jij) doodviele
(dat hij) doodvalle(dat hij) doodviele
(dat wij) doodvallen(dat wij) doodvielen
(dat jullie) doodvallen(dat jullie) doodvielen
(dat gij) doodvallet(dat gij) doodvielet
(dat zij) doodvallen(dat zij) doodvielen
Gebiedende wijs
Enkelvoud/MeervoudMeervoud
val doodvalt dood
Deelwoorden
Tegenwoordig deelwoordVerleden deelwoord
doodvallend, doodvallende(zijn) doodgevallen

Vertalingen

Engelsdrop dead
Esperantofali morta