Information about the word getrouwd (Dutch → Esperanto: edziniĝinta)

Synonym: gehuwd

Part of speechadjective
Pronunciation/ɣəˈtrɑu̯̯t/
Hyphenationge·trouwd

Declension

Predicative
AttributiveIndefiniteMasculine and feminine pluralgetrouwde
Indefinite singulargetrouwd
Pluralgetrouwde
Definitegetrouwde
Partitivegetrouwds

Usage samples

Zij had kunnen zweren dat hij verbaasd keek toen hij hoorde dat zij getrouwd was.
Misschien weten jullie niet allemaal dat Maghella getrouwd is.

Translations

Afrikaansgetroud
Catalancasat
Danishgift
Englishmarried
Esperantoedziniĝinta
Frenchmariée
Germanverheiratet
Icelandicgiftur
Italiansposato
Norwegiangift
Portuguesecasada
Saterland Frisianferhilked
Spanishcasada
Swedishgift
Thaiแต่งงานแล้ว