Informatie over het woord hertog (Nederlands → Esperanto: duko)

Woordsoortzelfstandig naamwoord
Uitspraak/ˈɦɛrtɔx/
Afbrekingher·tog
Geslachtmanlijk
Meervoudhertogen

Voorbeelden van gebruik

Ik ga de hertogen informeren.
Onmiddelijk verzocht de hertog de oude edelman met een groot gevolg naar het hof van Bourgondië te vertrekken en het huwelijksvoorstel over te brengen.
Ik ben de lijfarts van de koning en ik kom de hertog beter maken.

Vertalingen

Afrikaanshertog
Catalaansduc
DuitsHerzog
Engelsduke
Esperantoduko
Faeröershertugi
IJslandshertogi
Italiaansduca
LuxemburgsHerzog
Nederduitshartog
Papiamentsduke
Portugeesduque
SaterfriesHärtsoch
Spaansduque
Tsjechischkníže; vévoda
Turksduka; dük
Welsdug
Westerlauwers Frieshartoch
Zweedshertig