Informasie oor die woord confuse (Engels → Esperanto: konfuzi)

Sinonieme: puzzle, bemuse, bewilder, perplex, addle, disarrange, disarray, befuddle

Woordsoortwerkwoord

Vervoeging

Aantonende wys
Teenwoordige tydVerlede tyd
(I) confuse(I) confused
(thou) confusest(thou) confusedst
(he) confuses, confuseth(he) confused
(we) confuse(we) confused
(you) confuse(you) confused
(they) confuse(they) confused
Aanvoegende wys
Teenwoordige tydVerlede tyd
(I) confuse (I) confused
(thou) confuse(thou) confused
(he) confuse(he) confused
(we) confuse(we) confused
(you) confuse(you) confused
(they) confuse(they) confused
Gebiedende wys
confuse
Deelwoorde
Teenwoordige deelwoordVerlede deelwoord
confusingconfused

Vertalinge

Afrikaansverwar
Deensforvirre
Duitsverwirren; durcheinanderbringen; verwechseln
Esperantokonfuzi; maldistingi
Faroëesørkymla
Finshämmentää
Fransconfondre; troubler
Katalaansconfondre
Nederlandsverwarren
Papiamentskonfundí
Portugeesatrapalhar
Roemeensîncurca
Saterfriesferballerje; ferbiesterje; in Ferbiesterenge brange; in Uunstjuur brange; tulterje