Informatie over het woord schouder (Nederlands → Esperanto: ŝultro)

Woordsoort	zelfstandig naamwoord
Uitspraak	/ˈsxɑu̯dər/
Afbreking	schou·der
Geslacht	manlijk
Meervoud	schouders

Verkleinwoord
Enkelvoud	Meervoud
schoudertje	schoudertjes

Voorbeelden van gebruik

De politiechef wierp een ongeruste blik over de schouder.

Zachtjes tikte hij de wederom geheel in zijn werk verdiepte leerling met zijn gehandschoende wijsvinger op de schouder.

Je neemt misschien te veel verantwoordelijkheid op je schouders.

Vertalingen

Afrikaans	skouer
Albanees	krah
Catalaans	espatlla
Deens	skulder
Duits	Achsel; Schulter
Engels	shoulder
Engels (Oudengels)	eaxl
Esperanto	ŝultro
Faeröers	øksl
Fins	hartia; olka
Frans	épaule
Grieks	ώμος
Hongaars	váll
IJslands	öxl
Italiaans	spalla
Jamaicaans Creools	shuolda
Kabylisch	tayett
Maleis	bahu
Noors	skulder
Papiaments	skouder
Pools	plecy
Portugees	espádua; ombro
Russisch	плечо
Saterfries	Skullere
Schots	shouder
Spaans	hombro
Sranan	skowru
Thais	ไหล่; บ่า
Tsjechisch	rameno
Westerlauwers Fries	skouder
Zweeds	axel; skuldra