Informatie over het woord leuning (Nederlands → Esperanto: balustrado)

Synoniemen: balie, balustrade, hekje

Woordsoortzelfstandig naamwoord
Uitspraak/ˈlønɪŋ/
Afbrekingleu·ning
Geslachtvrouwelijk
Meervoudleuningen

Voorbeelden van gebruik

De brug had geen leuningen en was nog geen twee voet breed.

Vertalingen

Catalaansbalustrada; barana
DuitsBalustrade; Geländer; Schranke; Brüstung; Säulengeländer; Stützgeländer
Engelsparapet; railing
Esperantobalustrado
Faeröersrimagarður; rimaverk
Fransbalustrade; rampe
Hongaarsballusztrád
IJslandsgrindverk; rimlagirðing
Italiaansparapetto
Russischперила
SaterfriesBalustrade; Gelint
Spaansbalaustrada
Zweedsbalustrad