Informatie over het woord gain (Engels → Esperanto: atingi)

Synoniemen: attain, get, reach, arrive at

Woordsoortwerkwoord
Uitspraak/ɡeɪ̯n/
Afbrekinggain
Shaw‐alfabet𐑜𐑱𐑯

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(I) gain(I) gained
(thou) gainest(thou) gainedst
(he) gains, gaineth(he) gained
(we) gain(we) gained
(you) gain(you) gained
(they) gain(they) gained
Aanvoegende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(I) gain (I) gained
(thou) gain(thou) gained
(he) gain(he) gained
(we) gain(we) gained
(you) gain(you) gained
(they) gain(they) gained
Gebiedende wijs
gain
Deelwoorden
Tegenwoordig deelwoordVerleden deelwoord
gaininggained

Voorbeelden van gebruik

On Guyal’s arm he tottered forward, and with Shierl close at their heels they gained the gallery.

Vertalingen

Afrikaansbereik
Catalaansassolir
Duitserlangen; erzielen; reichen; erreichen; einholen; heranreichen; sich erstrecken; erwirken; durchsetzen
Engels (Oudengels)æfnan
Esperantoatingi
Faeröersfáa; náa
Finssaavuttaa
Fransaboutir; atteindre; parvenir; remporter
Hongaarselér
IJslandsná í; ná til
Italiaansarrivare
Jamaicaans Creoolskech
Latijnpervenire
Maleiscapai; mencapai
Nederlandsbehalen; bereiken
Papiamentsalkansá
Poolsosiągać; uzyskać
Portugeesabranger; alcançar; atingir; chegar a; obter; tocar
Roemeensajunge
Russischдостигать
Saterfriesärloangje; beloangje; roakje
Schots-Gaelischruig
Spaansalcanzar
Swahili‐fika
Thaisถึง; สู่
Zweedsernå