Informatie over het woord climb (Engels → Esperanto: grimpi)

Synoniem: scramble

Woordsoortwerkwoord
Uitspraak/klaɪ̯m/
Afbrekingclimb
Shaw‐alfabet𐑒𐑤𐑲𐑥

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(I) climb(I) climbed
(thou) climbest(thou) climbedst
(he) climbs, climbeth(he) climbed
(we) climb(we) climbed
(you) climb(you) climbed
(they) climb(they) climbed
Aanvoegende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(I) climb (I) climbed
(thou) climb(thou) climbed
(he) climb(he) climbed
(we) climb(we) climbed
(you) climb(you) climbed
(they) climb(they) climbed
Gebiedende wijs
climb
Deelwoorden
Tegenwoordig deelwoordVerleden deelwoord
climbingclimbed

Voorbeelden van gebruik

All day he climbed, choosing the long way when it seemed safer, exercising all the lore of mountain‐climbing that he had accumulated, and resting often.

Vertalingen

Afrikaansklim
Catalaansenfilar‐se; escalar; grimpar
Deensklatre
Duitsklettern
Engels (Oudengels)climban
Esperantogrimpi
Faeröersklíva
Fransgravir; grimper
Hongaarsmászik
Maleisdaki
Nederlandsklauteren; klimmen
Noorsklatre
Portugeesdescer; subir; trepar
Saterfriesklatterje; klauerje; klieuwe
Schotsclim
Schots-Gaelischdìrich
Spaanstrepar
Sranankren
Turkstırmanmak
Westerlauwers Friesklimme; kliuwe
Zweedskliva; klättra