Informatie over het woord rondgaan (Nederlands → Esperanto: ĉirkaŭiri)

Synoniem: omgaan

Woordsoortwerkwoord
Uitspraak/ˈrɔntxan/
Afbrekingrond·gaan

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(ik) ga rond(ik) ging rond
(jij) g aat rond(jij) ging rond
(hij) gaat rond(hij) ging rond
(wij) gaan rond(wij) gingen rond
(jullie) gaan rond(jullie) gingen rond
(gij) gaat rond(gij) gingt rond
(zij) gaan rond(zij) gingen rond
Aanvoegende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(dat ik) rondga(dat ik) rondginge
(dat jij) rondga(dat jij) rondginge
(dat hij) rondga(dat hij) rondginge
(dat wij) rondgaan(dat wij) rondgingen
(dat jullie) rondgaan(dat jullie) rondgingen
(dat gij) rondgaat(dat gij) rondginget
(dat zij) rondgaan(dat zij) rondgingen
Gebiedende wijs
Enkelvoud/MeervoudMeervoud
ga rondgaat rond
Deelwoorden
Tegenwoordig deelwoordVerleden deelwoord
rondgaand, rondgaande(zijn) rondgegaan

Vertalingen

Catalaanscircundar; rodejar
Duitsumgehen; herumgehen; umkreisen; rundherum gehen
Engelscircle; go round
Esperantoĉirkaŭiri; rondiri
Franscirculer
Latijnambire
Portugeescircular; rodear
Saterfriesuumegunge; uumgunge
Spaanscircundar; rodear