Informo pri la vorto wauwelen (nederlanda → esperanto: babilaĉi)

Sinonimoj: kletsen, lullen, meieren, ouwehoeren, snateren, zemelen

Vortspecoverbo

Konjugacio

Indikativo
PrezencoPreterito
(ik) wauwel(ik) wauwelde
(jij) wauwelt(jij) wauwelde
(hij) wauwelt(hij) wauwelde
(wij) wauwelen(wij) wauwelden
(jullie) wauwelen(jullie) wauwelden
(gij) wauwelt(gij) wauweldet
(zij) wauwelen(zij) wauwelden
Subjunktivo
PrezencoPreterito
(dat ik) wauwele(dat ik) wauwelde
(dat jij) wauwele(dat jij) wauwelde
(dat hij) wauwele(dat hij) wauwelde
(dat wij) wauwelen(dat wij) wauwelden
(dat jullie) wauwelen(dat jullie) wauwelden
(dat gij) wauwelet(dat gij) wauweldet
(dat zij) wauwelen(dat zij) wauwelden
Imperativo
Singularo/PluraloPluralo
wauwelwauwelt
Participoj
Prezenca participoPreterita participo
wauwelend, wauwelende(hebben) gewauweld

Tradukoj

anglawaffle
esperantobabilaĉi
germanadummes Zeug reden; sinnloses Zeug reden; Stuß reden; quatschen; schnattern