Informatie over het woord daunt (Engels → Esperanto: timigi)

Synoniemen: affright, alarm, chill, frighten, intimidate, scare, startle

Woordsoortwerkwoord
Uitspraak/dːɔnt/
Afbrekingdaunt

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(I) daunt(I) daunted
(thou) dauntest(thou) dauntedst
(he) daunts, daunteth(he) daunted
(we) daunt(we) daunted
(you) daunt(you) daunted
(they) daunt(they) daunted
Aanvoegende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(I) daunt (I) daunted
(thou) daunt(thou) daunted
(he) daunt(he) daunted
(we) daunt(we) daunted
(you) daunt(you) daunted
(they) daunt(they) daunted
Deelwoorden
Tegenwoordig deelwoordVerleden deelwoord
dauntingdaunted

Voorbeelden van gebruik

Dead or not, your fate shall serve to daunt other murderers, and the time shall be noon tomorrow.

Vertalingen

Deensforskrække
Duitsabschrecken; ängstigen; einschüchtern; verscheuchen
Engels (Oudengels)afæran
Esperantotimigi; timigadi
Faeröersræða
Fransredouter
Jamaicaans Creoolsfraitn
Nederlandsangst aanjagen; bang maken; bangmaken; beangstigen; intimideren; verschrikken; vrees aanjagen
Portugeesamedrontar
Roemeenssperia
Saterfriesferfiere; ouschräkke; ouskräkke
Schotsfrichten; fley