Information about the word omkeren (Dutch → Esperanto: turni sin)

Synonyms: ronddraaien, zich omdraaien, zich omkeren, zich omwenden, zich keren

Part of speechverb
Pronunciation/ˈɔmkeːrə(n)/
Hyphenationom·ke·ren

Conjugation

Indicative mood
Present tensePast tense
(ik) keer om(ik) keerde om
(jij) keert om(jij) keerde om
(hij) keert om(hij) keerde om
(wij) keren om(wij) keerden om
(jullie) keren om(jullie) keerden om
(gij) keert om(gij) keerdet om
(zij) keren om(zij) keerden om
Subjunctive mood
Present tensePast tense
(dat ik) omkere(dat ik) omkeerde
(dat jij) omkere(dat jij) omkeerde
(dat hij) omkere(dat hij) omkeerde
(dat wij) omkeren(dat wij) omkeerden
(dat jullie) omkeren(dat jullie) omkeerden
(dat gij) omkeret(dat gij) omkeerdet
(dat zij) omkeren(dat zij) omkeerden
Participles
Present participlePast participle
omkerend, omkerende(zijn) omgekeerd

Usage samples

Toen hij daar bijna was, keerde hij opeens om en keek haar scherp aan.

Translations

Afrikaansomdraai
Englishturn back; turn
Esperantoturni sin
Germansich wenden; sich umwenden; umkehren
Portuguesedar voltas; girar; voltar‐se
Spanishdar vueltas; dirigirse; girar; volverse