Informatie over het woord forel (Nederlands → Esperanto: truto)

Synoniemen: beekforel, gewone forel

Woordsoortzelfstandig naamwoord
Uitspraak/foˈrɛl/
Afbrekingfo·rel
Geslachthistorisch vrouwelijk, tegenwoordig ook manlijk
Meervoudforellen

Voorbeelden van gebruik

Wil je de forellen op de vlucht drijven?
De eerste trekvissen, zoals zalm en forel, maken nu gebruik van het opengestelde Haringvliet om uiteindelijk in de Rijn, verder stroomopwaarts, voor nageslacht te zorgen.
De kat had twee kleine forellen in zijn bek.

Vertalingen

Catalaanstruita
Deensforel
DuitsForelle
Engelstrout
Esperantotruto
Faeröerseyriði
Finstaimen
Franstruite
Italiaanstrota
Latijntructa
Portugeestruta
SaterfriesForelle
Schots-Gaelischbreac
Spaanstrucha
Tsjechischpstruh
Turksalabalık
Westerlauwers Friesforel
Zweedsforell