Informatie over het woord werden (Duits → Esperanto: iĝi)

Uitspraak/ˈvɛrdən/
Woordsoortwerkwoord

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(ich) werde(ich) wurde
(du) wirst(du) wurdest
(er) wird(er) wurde
(wir) werden(wir) wurden
(ihr) werdet(ihr) wurdet
(sie) werden(sie) wurden
Aanvoegende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(ich) werde(ich) würde
(du) werdest(du) würdest
(er) werde(er) würde
(wir) werden(wir) würden
(ihr) werdet(ihr) würdet
(sie) werden(sie) würden
Gebiedende wijs
(du) werde
(ihr) werdet
werden Sie
Deelwoorden
Tegenwoordig deelwoordVerleden deelwoord
werdend(sein) geworden

Vertalingen

Afrikaansword
Deensblive
Engelsbecome; get; grow
Esperantoiĝi
Faeröersgerast; verða
Finstulla joksikin
Fransdevenir
Hongaarslesz
IJslandsverða
Maleisjadi
Nederduitswarden
Nederlandsraken; worden
Noorsbli
Papiamentsbira
Poolsstawać się; zostać
Portugeesacontecer
Roemeensdeveni
Saterfriesroakje; wäide
Schots-Gaelischfàs
Spaanshacerse
Sranankon; tron
Tsjechischstát se
Turksolmak
Westerlauwers Frieswurde; reitsje
Zweedsbli; bliva