Informatie over het woord sorteren (Nederlands → Esperanto: specigi)

Synoniem: uitzoeken

Woordsoortwerkwoord
Uitspraak/sɔrˈterə(n)/
Afbrekingsor·te·ren

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(ik) sorteer(ik) sorteerde
(jij) sorteert(jij) sorteerde
(hij) sorteert(hij) sorteerde
(wij) sorteren(wij) sorteerden
(jullie) sorteren(jullie) sorteerden
(gij) sorteert(gij) sorteerdet
(zij) sorteren(zij) sorteerden
Aanvoegende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(dat ik) sortere(dat ik) sorteerde
(dat jij) sortere(dat jij) sorteerde
(dat hij) sortere(dat hij) sorteerde
(dat wij) sorteren(dat wij) sorteerden
(dat jullie) sorteren(dat jullie) sorteerden
(dat gij) sorteret(dat gij) sorteerdet
(dat zij) sorteren(dat zij) sorteerden
Gebiedende wijs
Enkelvoud/MeervoudMeervoud
sorteersorteert
Deelwoorden
Tegenwoordig deelwoordVerleden deelwoord
sorterend, sorterende(hebben) gesorteerd

Voorbeelden van gebruik

Thomas, de huisknecht, wachtte met een uitdrukking van gespannen aandacht op zijn tamelijk ongunstig gezicht, terwijl de bleke man achter zijn groot bureau gezeten een stapeltje bankbiljetten sorteerde.

Vertalingen

Esperantospecigi