Informasie oor die woord abut (Engels → Esperanto: tuŝi)

Sinonieme: touch, affect, abut on

Woordsoortwerkwoord
Uitspraak/əˈbɐt/
Afbrekinga·but
Shaw‐alfabet𐑩𐑚𐑳𐑑

Vervoeging

Aantonende wys
Teenwoordige tydVerlede tyd
(he) abuts, abutteth(he) abutted
(they) abut(they) abutted
Aanvoegende wys
Teenwoordige tydVerlede tyd
(he) abut(he) abutted
(they) abut(they) abutted
Deelwoorde
Teenwoordige deelwoordVerlede deelwoord
abuttingabutted

Vertalinge

Afrikaansaanraak
Deensberøre
Duitsrühren; anrühren; berühren; tangieren
Esperantotuŝi
Faroëesnerta
Finskoskettaa
Franstoucher
Grieksαγγίζω
Italiaanstoccare
Katalaansafectar; concernir; tocar
Latyntangere
Maleissentuh
Nederlandsaankomen; aanraken; beroeren; toucheren
Papiamentsmishi
Portugeesbulir; mexer; tocar
Roemeensatinge
Saterfriesberüürje; roakje; röögje
Spaansestar en contacto; tocar
Srananfasi; meri
Sweedsberöra
Thaiจด; ต้อง; แตะ; แตะต้อง
Wes‐Friesoanreitsje; oanroere