Informatie over het woord zomeren (Nederlands → Esperanto: someriĝi)

Woordsoortwerkwoord

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(het) zomert(het) zomerde
Aanvoegende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(dat het) zomere(dat het) zomerde
Verleden deelwoord
(heeft) gezomerd

Vertalingen

Esperantosomeriĝi