Informatie over het woord afromen (Nederlands → Esperanto: senkremigi)

Synoniemen: ontromen, romen

Woordsoortwerkwoord
Uitspraak/ˈɑfromə(n)/
Afbrekingaf·ro·men

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(ik) room af(ik) roomde af
(jij) roomt af(jij) roomde af
(hij) roomt af(hij) roomde af
(wij) romen af(wij) roomden af
(jullie) romen af(jullie) roomden af
(gij) roomt af(gij) roomdet af
(zij) romen af(zij) roomden af
Aanvoegende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(dat ik) afrome(dat ik) afroomde
(dat jij) afrome(dat jij) afroomde
(dat hij) afrome(dat hij) afroomde
(dat wij) afromen(dat wij) afroomden
(dat jullie) afromen(dat jullie) afroomden
(dat gij) afromet(dat gij) afroomdet
(dat zij) afromen(dat zij) afroomden
Gebiedende wijs
Enkelvoud/MeervoudMeervoud
room afroomt af
Deelwoorden
Tegenwoordig deelwoordVerleden deelwoord
afromend, afromende(hebben) afgeroomd

Vertalingen

Duitsabsahnen; entrahmen
Engelscream; skim
Esperantosenkremigi
Italiaansscremare
Spaansdesnatar