Informatie over het woord meekrijgen (Nederlands → Esperanto: ricevi dote)

Woordsoortwerkwoord
Uitspraak/ˈmekrɛi̯ɣə(n)/
Afbrekingmee·krij·gen

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(ik) krijg mee(ik) kreeg mee
(jij) krijgt mee(jij) kreeg mee
(hij) krijgt mee(hij) kreeg mee
(wij) krijgen mee(wij) kregen mee
(jullie) krijgen mee(jullie) kregen mee
(gij) krijgt mee(gij) kreegt mee
(zij) krijgen mee(zij) kregen mee
Aanvoegende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(dat ik) meekrijge(dat ik) meekrege
(dat jij) meekrijge(dat jij) meekrege
(dat hij) meekrijge(dat hij) meekrege
(dat wij) meekrijgen(dat wij) meekregen
(dat jullie) meekrijgen(dat jullie) meekregen
(dat gij) meekrijget(dat gij) meekreget
(dat zij) meekrijgen(dat zij) meekregen
Deelwoorden
Tegenwoordig deelwoordVerleden deelwoord
meekrijgend, meekrijgende(hebben) meegekregen

Vertalingen

Esperantoricevi dote