Synoniemen: teruggooien, terugkaatsen
Vervoeging
Aantonende wijs |
---|
Tegenwoordige tijd | Verleden tijd |
---|
(ik) werp terug | (ik) wierp terug |
(jij) werpt terug | (jij) wierp terug |
(hij) werpt terug | (hij) wierp terug |
(wij) werpen terug | (wij) wierpen terug |
(jullie) werpen terug | (jullie) wierpen terug |
(gij) werpt terug | (gij) wierpt terug |
(zij) werpen terug | (zij) wierpen terug |
Aanvoegende wijs |
---|
Tegenwoordige tijd | Verleden tijd |
---|
(dat ik) terugwerpe | (dat ik) terugwierpe |
(dat jij) terugwerpe | (dat jij) terugwierpe |
(dat hij) terugwerpe | (dat hij) terugwierpe |
(dat wij) terugwerpen | (dat wij) terugwierpen |
(dat jullie) terugwerpen | (dat jullie) terugwierpen |
(dat gij) terugwerpet | (dat gij) terugwierpet |
(dat zij) terugwerpen | (dat zij) terugwierpen |
Gebiedende wijs |
---|
Enkelvoud/Meervoud | Meervoud |
---|
werp terug | werpt terug |
Deelwoorden |
---|
Tegenwoordig deelwoord | Verleden deelwoord |
---|
terugwerpend, terugwerpende | (hebben) teruggeworpen |