Informatie over het woord terughouden (Nederlands → Esperanto: reteni)

Synoniemen: detineren, inhouden, reserveren, verbijten, wederhouden

Woordsoortwerkwoord
Uitspraak/təˈrɵxɦɑu̯də(n)/
Afbrekingte·rug·hou·den

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(ik) hou terug, houd terug(ik) hield terug
(jij) houdt terug(jij) hield terug
(hij) houdt terug(hij) hield terug
(wij) houden terug(wij) hielden terug
(jullie) houden terug(jullie) hielden terug
(gij) houdt terug(gij) hieldt terug
(zij) houden terug(zij) hielden terug
Aanvoegende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(dat ik) terughoude(dat ik) terughielde
(dat jij) terughoude(dat jij) terughielde
(dat hij) terughoude(dat hij) terughielde
(dat wij) terughouden(dat wij) terughielden
(dat jullie) terughouden(dat jullie) terughielden
(dat gij) terughoudet(dat gij) terughieldet
(dat zij) terughouden(dat zij) terughielden
Gebiedende wijs
Enkelvoud/MeervoudMeervoud
hou terug, houd terughoudt terug
Deelwoorden
Tegenwoordig deelwoordVerleden deelwoord
terughoudend, terughoudende(hebben) teruggehouden

Voorbeelden van gebruik

Hij wendde zich om, maar een uitroep van de grijsaard hield hem terug.

Vertalingen

Deensopholde
Duitszurückhalten
Engelsdetain; hold back; retain; withhold
Esperantoreteni
Faeröershalda eftir; halda frá; taka
Fransréprimer
Italiaansritenere
Portugeesdeter; reter
Saterfriestouräächhoolde
Spaansretener
Tsjechischzadržet
Westerlauwers Friesôfhâlde