Informatie over het woord reconstrueren (Nederlands → Esperanto: rekonstrui)

Synoniem: herbouwen

Woordsoortwerkwoord
Uitspraak/rekɔnstruˈʋerə(n)/
Afbrekingre·con·stru·e·ren

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(ik) reconstrueer(ik) reconstrueerde
(jij) reconstrueert(jij) reconstrueerde
(hij) reconstrueert(hij) reconstrueerde
(wij) reconstrueren(wij) reconstrueerden
(jullie) reconstrueren(jullie) reconstrueerden
(gij) reconstrueert(gij) reconstrueerdet
(zij) reconstrueren(zij) reconstrueerden
Aanvoegende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(dat ik) reconstruere(dat ik) reconstrueerde
(dat jij) reconstruere(dat jij) reconstrueerde
(dat hij) reconstruere(dat hij) reconstrueerde
(dat wij) reconstrueren(dat wij) reconstrueerden
(dat jullie) reconstrueren(dat jullie) reconstrueerden
(dat gij) reconstrueret(dat gij) reconstrueerdet
(dat zij) reconstrueren(dat zij) reconstrueerden
Gebiedende wijs
Enkelvoud/MeervoudMeervoud
reconstrueerreconstrueert
Deelwoorden
Tegenwoordig deelwoordVerleden deelwoord
reconstruerend, reconstruerende(hebben) gereconstrueerd

Voorbeelden van gebruik

Laat ons daarom het verleden vergeten en thans in ernst het misdrijf reconstrueren".

Vertalingen

Duitsrekonstruieren; wieder aufbauen
Engelsreconstruct
Esperantorekonstrui
Fransrelever
Nederduitsrekonstrueren
Papiamentsrekonstruí
Poolsodbudować