Information about the word aansterken (Dutch → Esperanto: refortiĝi)

Synonym: op verhaal komen

Part of speechverb
Pronunciation/ˈanstɛrkə(n)/
Hyphenationaan·ster·ken

Conjugation

Indicative mood
Present tensePast tense
(ik) sterk aan(ik) sterkte aan
(jij) sterkt aan(jij) sterkte aan
(hij) sterkt aan(hij) sterkte aan
(wij) sterken aan(wij) sterkten aan
(jullie) sterken aan(jullie) sterkten aan
(gij) sterkt aan(gij) sterktet aan
(zij) sterken aan(zij) sterkten aan
Subjunctive mood
Present tensePast tense
(dat ik) aansterke(dat ik) aansterkte
(dat jij) aansterke(dat jij) aansterkte
(dat hij) aansterke(dat hij) aansterkte
(dat wij) aansterken(dat wij) aansterkten
(dat jullie) aansterken(dat jullie) aansterkten
(dat gij) aansterket(dat gij) aansterktet
(dat zij) aansterken(dat zij) aansterkten
Imperative mood
Singular/PluralPlural
sterk aansterkt aan
Participles
Present participlePast participle
aansterkend, aansterkende(zijn) aangesterkt

Usage samples

Allen, ook de pony’s, herstelden zich en sterkten er in een paar dagen aan.

Translations

Afrikaansaansterk
Englishconvalesce; get stronger; recuperate
Esperantorefortiĝi
Germanwieder stark werden; wiedererstarken; wieder zu Kräften kommen