Informatie over het woord omsmelten (Nederlands → Esperanto: refandi)

Woordsoortwerkwoord
Uitspraak/ˈɔmsmɛltə(n)/
Afbrekingom·smel·ten

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(ik) smelt om(ik) smolt om
(jij) smelt om(jij) smolt om
(hij) smelt om(hij) smolt om
(wij) smelten om(wij) smolten om
(jullie) smelten om(jullie) smolten om
(gij) smelt om(gij) smolt om
(zij) smelten om(zij) smolten om
Aanvoegende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(dat ik) omsmelte(dat ik) omsmolte
(dat jij) omsmelte(dat jij) omsmolte
(dat hij) omsmelte(dat hij) omsmolte
(dat wij) omsmelten(dat wij) omsmolten
(dat jullie) omsmelten(dat jullie) omsmolten
(dat gij) omsmeltet(dat gij) omsmoltet
(dat zij) omsmelten(dat zij) omsmolten
Gebiedende wijs
Enkelvoud/MeervoudMeervoud
smelt omsmelt om
Deelwoorden
Tegenwoordig deelwoordVerleden deelwoord
omsmeltend, omsmeltende(hebben) omgesmolten

Vertalingen

Esperantorefandi
Portugeesrefundir